Waar komen de Olida Pashmina's vandaan?

De Pashmina wol kent zijn oorsprong in het district Ladakh in Kasjmir, India. Met Kasjmir wordt van oudsher de vallei van de rivier de Jhelum bedoeld die in de zuidwestelijke uitlopers van het Himalayagebergte ligt. Deze vallei van ongeveer 7200 km2 kent een oeroude geschiedenis. De literatuur, beeldhouwkunst, muziek, dans, schilderkunst en architectuur uit dit gebied heeft aanzienlijke invloed gehad in Azië.

In deze bergen leeft op ruim 1675 meter hoogte in het Changtang gebied de Lena Rama geit. Deze Kasjmir- of Pashminageit behoort tot één van de oorspronkelijke geitenrassen uit de Himalaya. Twee keer per jaar wordt deze geit gekamd en levert 250 tot 300 gram wol van de fijnste, zachtste en warmste kwaliteit. De vezel mag maar 19 microns of minder dik zijn. Daardoor is dit één van de allerfijnste wolsoorten. Men noemt deze wol ook wel de “koningswol”.

 

Start van de cashmere industrie

Als oprichter van de cashmere wol industrie wordt vaak genoemd de heerser over Kasjmir in de 15e eeuw, Zain-ul-Abidin. Hij importeerde wevers uit Turkistan in dit gebied. Andere bronnen beweren echter dat Mir Sayyid Ali Hamadani in de 14e eeuw naar Kasjmir kwam met 700 handwerkslieden uit verschillende delen van Perzië.

Hij zou hebben ontdekt dat de geiten in Ladakh zulke zachte wol produceerde. Hij liet er sokken van maken en gaf deze aan de koning van Kasjmir, sultan Kutabdin. Daarna werd het idee geboren om ook sjaals te gaan produceren.

Cashmere wordt dus al duizenden jaren geproduceerd in Nepal en Kasjmir. Beroemde sjaals zijn o.a. de Jamavar met het beroemde paisley patroon. De vezel is ook bekend als pashm (Perzisch voor wol) of pashmina (Perzisch of Urdu afgeleid van Pashm).

 

Hoe wordt een Pashmina sjaal gemaakt?

De wol wordt traditioneel gewonnen door de ondervacht van de geit met de hand te kammen, maar in moderne bedrijven worden de geiten vaak geschoren.

De geiten hebben de kleuren wit, grijs, bruin en zwart. De gewenste vezels zitten alleen in de ondervacht, vooral op de buik en in de nek. De stuggere vezels van de bovenvacht moeten verwijderd worden. Dit gebeurt meestal machinaal. Per dier is de opbrengst ongeveer 150 gram per keer.

 

Kasjmir is één van de duurste natuurvezels. Vaak wordt deze met zijde gemengd of merinos wol. De prijs is vooral afhankelijk van de fijnheid van de woldraad. Hoe dunner, hoe duurder. Echte cashmere moet wel dunner dan 19 micron zijn. Ook wordt de prijs bepaald door het proces. Hoe meer handmatig wordt gedaan, hoe duurder de sjaal.

Kasjmir kan net zoals schapenwol verwerkt en geverfd worden. De verwerking kan traditioneel geschieden door de schapen met de hand te kammen, de wol met de hand te spinnen en de shawls met de hand te weven. Door de toenemende vraag en de behoefte aan meer economische ontwikkeling ter plaatse zijn er modernere technieken ontwikkeld die machinale weving van pashmina producten mogelijk maken. Daardoor kunnen sjaals worden geproduceerd die nog steeds de fantastische kwaliteit hebben van een 100% cashmere sjaal, maar die wel betaalbaar zijn.

Als gevolg van de fijne vezels hebben artikelen van Kasjmirwol zeer goede warmte-isolerende eigenschappen bij een zeer laag gewicht. De meeste Olida sjaals wegen rond de 100 gram.